“Belangen afwegen of verenigen”
Het debat
Het was mooi druk tijdens het verkiezingsdebat in De Amvo. Met dank aan de IBEV die dit ook dit verkiezingsjaar heeft mogelijk gemaakt. Aan de hand van 7 stellingen werden de lijsttrekkers van de politieke partijen aan de tand gevoeld. Dat leverde veel overeenstemming op en weinig tegenstellingen. De coalitieonderhandelingen zullen dus niet moeilijk zijn.
Dienstverlening aan de burger onder de maat
Of toch wel? Neem nou het thema “dienstverlening aan de burger”. Dat krijgt het rapportcijfer 5,9. Dorus Luyckx (PvdA)zegt dat je met dat cijfer nog wel over kunt. Lang niet iedereen lijkt dáárop gerust te zijn. Zou dat zijn omdat zij denken dat de andere cijfers ook niet zo best zijn? Dat niet want er heerste tevredenheid over de staat van de Volendam-Edamse gemeenschap aan die zijde van de tafel.
Cultuuromslag
Het schiet tekort, hoor ik, in de bejegening van de burger. Daar zijn te noemen de bereikbaarheid van het loket, het nakomen van afspraken en zo meer. Maar daar ligt het probleem niet echt. Nee, zegt Gina Kroon-Sombroek (CDA), het probleem is de cultuur. Die moet veranderen. In die cultuur is het nu: ”Nee tenzij” en dat moet naar “Ja, mits”. Nu kom ik van buiten en had niet direct door waar dat op sloeg. Maar achter de tafel zag ik instemming met deze analyse. En de zaal bleef stil. Dat gebeurt soms als men het er mee eens is.
Eerder hoorde ik Marisa Kes (VD80), die even op haar wethouderszetel had plaatsgenomen, iets opmerkelijks zeggen. Het handelde over de infrastructuur rond het Noordeinde. “Als er niet zoveel protesten waren geweest dan was die voorziening er al lang geweest”. En dat was tegen het zere been van lijsttrekker Greta Blackborn (GL). Die vond dit de omgekeerde wereld. Als je wilt bouwen tegen je burgers zeggen dat ze hun mond moeten houden! Er werd instemmend geknikt achter de tafel, want soms zwijgt de meerderheid.
Het dilemma
Nu zult u denken wat heeft het een nu met het ander te maken. Alles zeg ik. Want er mag natuurlijk geen licht zitten tussen “nee, tenzij” en “ja, mits”. Als ik als burger aan het loket van mijn overheid sta om een vergunning te vragen dan behoor ik die te krijgen als dat volgens de regels is.
Of een glas half vol is of half leeg, het is even vol. Het gaat dus om hoe het voelt en niet om hoe het is. Het vóélt niet goed. Voor de burger niet, maar voor de bestuurder evenmin.
Het probleem van de bestuurder is dat zijn ambtenaren aan het loket niet alleen de intake doen voor een vergunningsaanvraag. Daar zit vervolgens een hele wereld om heen. En tot slot worden er belangen afgewogen die maken dat een vergunning wel of niet wordt verleend.
Teveel “nee, mits” leidt tot klagende aanvragers. Teveel “ja, tenzij” tot klagende belanghebbenden.
Het ambtenarenapparaat dat de aanvraag behandelt, de belangenafweging voorbereidt, het bestuur adviseert en de bezwaarprocedures mag opknappen weet dat het of tegen de hond of tegen de kat oploopt. En kijkt dus wel uit om niet te “Ja-mitsen”. Het apparaat kiest voor degelijkheid en wil bij de bestuursrechter niet nat gaan. Niet voor de hond en niet voor de kat. Terwijl het op voorhand niet zeker is dat het bestuur zijn rug recht houdt als de bezwaarmakers de overhand krijgen.
Ik trek hier maar de vergelijking met de autoverkoper die een deal met mij sluit en erbij zegt dat hij er vanaf zal zien als de buurt dat wil. De pijn zit in de combi. Met een dergelijke taak mag je zelfs trots zijn op een bijna voldoende.
Probeer niet de cultuur te veranderen. Verander het werkproces.
De oplossing wordt niet in de cultuuromslag gevonden, maar in de verandering van het werkproces. In plaats van een belangenafweging achteraf is het beter om vooraf de belangen met elkaar te verenigen. Dat scheelt veel tijd, kosten en ambtelijke capaciteit. En het leidt tot meer vertrouwen van de burger in zijn overheid.
Waar dat rapportcijfer vandaan kwam. Niemand die er naar vroeg!
Mr. E.W. van den Brink is conflictbemiddelaar en advocaat
vandenbrink@VDBmediation.nl